Mijn column van juni eindigde ik met de hartenkreet dat we wereldwijd kritischer moeten kijken naar de besteding van het spaarzame geld dat beschikbaar is voor wetenschappelijk onderzoek. Die hartenkreet vindt ondersteuning in een recent verschenen artikel.
In de vorige maandcolumn kwam aan de orde dat mantelzorgers en professionele zorgverleners nogal eens opmerken dat ouderen op een gegeven moment minder zin hebben in eten. Ze schakelen dan een tandarts in omdat ze vermoeden dat door een of andere oorzaak de kauwfunctie tekortschiet.
Sarcopenie is verlies van spiermassa en spierkracht bij het ouder worden. Onder erg kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen kunnen de prevalentiescijfers oplopen tot 30% of zelfs 50%. Steeds meer bewijs wordt aangedragen voor het bestaan van een relatie tussen sarcopenie, kwetsbaarheid, zorgafhankelijkheid en mortaliteit.
Sinds Roxane Weijenberg in 2013 haar proefschrift heeft verdedigd en sinds haar promotor, professor Erik Scherder, flink aan de publicitaire weg timmert, hebben veel mensen weleens iets gehoord over de positieve relatie tussen kauwvermogen en cognitieve functie. Sommigen nemen dit heel serieus en beweren dat onvoldoende kauwvermogen een risicofactor is voor dementie en dan vooral voor de ziekte van Alzheimer.
Drie zorgverleners uiten hun empathische zorgen over ouderen in een naar een wetenschappelijk tijdschrift gezonden brief. Volgens de briefschrijvers veroorzaakt de coronavirusziekte (COVID-19) in de hele wereld angst en verwarring die even snel om zich heen grijpen als het causale virus zelf. Zij wijzen op een op het internet circulerende video.
Nu een groot deel van de wereld is lamgelegd door de (dreigende) gevolgen van het virus SARS-CoV-2, oftewel het coronavirus, is dit het juiste moment om nog eens aandacht te vragen voor hygiëne. Dit onderwerp komt toevalligerwijs aan de orde in de maarteditie van het Journal of the American Geriatrics Society. De informatie spitst zich toe op de hygiëne van de werkomgeving van professionele zorgverleners die zich bezighouden met kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen.
Nog altijd wordt, alle voorlichting ten spijt, door sommigen luchtig gedaan over de gevolgen van roken en van de consumptie van alcoholische dranken. De laatste tijd is de voorlichting van de overheid vooral gericht op jongeren die het roken van sigaretten, het gebruik van drugs, overmatige consumptie van alcoholische dranken, dronkenschap, "comazuipen", het gebruik van lachgas en ander apert ongezond gedrag normaal en zelfs stoer vinden.
Gert-Jan van der Putten, specialist ouderengeneeskunde met passie voor mondgezondheid, gaf in 2011 zijn proefschrift als hoofdtitel: “Poor oral health, a potential new geriatric giant”. In 2014 publiceerde hij samen met anderen een artikel in het tijdschrift Gerodontology met de titel “Poor oral health, a potential new geriatric syndrome”. Met beide titels maakte hij duidelijk dat slechte mondgezondheid een algemeen kenmerk van kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen dreigt te worden.
In de laatste maand van 2019 verscheen bij het Kennisinstituut Mondzorg de klinische praktijkrichtlijn “Wortelcariës bij (kwetsbare en zorgafhankelijke) ouderen”. Het totale proces van de ontwikkeling van deze richtlijn heb ik van dichtbij mogen meemaken omdat ik voorzitter was van de Richtlijn Ontwikkel Commissie (ROC). Terugkijkend op de periode van meer dan een jaar die nodig was voor de ontwikkeling van dit product, constateer ik dat veel arbeid is geleverd door ieder lid van de ROC en dat de medewerkers van het KIMO alles uitstekend hebben begeleid.
Volgens een van de meest ervaren orale implantologen ter wereld, professor N.P. Lang te Bern in Zwitserland, heeft de orale implantologie een paradigmaverschuiving bewerkstelligd in de restauratieve mondzorg. In een bijzonder lezenswaardig wetenschappelijk artikel beschrijft hij de vergaande gevolgen die het concept osseo-integratie, ook wel functionele ankylose genoemd, vanaf halverwege de zeventiger jaren van de vorige eeuw heeft gehad (J Dent Res 2019; 98: 1287-1293).
Dementie is een onderwerp dat de gemoederen danig bezighoudt, zowel in maatschappelijk opzicht als in de wetenschap als in de gezondheidszorg. Maatschappelijke vragen zijn wat voor een individu met dementie wel en niet acceptabel is en wie dat op welk moment bepaalt.
Het meest vooraanstaande tijdschrift over mondgezondheid en mondzorg, het Journal of Dental Research, bestaat 100 jaar. In het kader van de daarbij behorende feestelijkheden verschijnen in elke editie artikelen over belangrijke ontwikkelingen en ontdekkingen in die honderdjarige periode.